"Era - continuai a fantasticare - un ragazzo tedesco, magari venerato dalle donne, ma che in realtà cercava qualcuno come me, senza nemmeno saperlo, e non appena mi avesse visto a sua volta in fotografia o di persona sarebbe del tutto impazzito per me. Oh... un ragazzo tedesco...! I ragazzi francesi non erano niente, i ragazzi olandesi non valevano quasi mai la pena, un ragazzo inglese - è vero - poteva essere una consolazione in questa valle di lacrime, ma certi ragazzi tedeschi... Se avevi un certo tipo di ragazzo tedesco come compagno d’amore, completo di voce servile e vigliacca e di lacrime, allora avevi tutto, non avevi più bisogno d’altro, neppure di un nemico."
(“Hij was, zo mijmerde ik voort, een Duitse jongen die weliswaar door de vrouwen aanbeden werd, maar die eigenlijk iemand zoals ik zocht, zonder het nog zelve te weten en die, zodra hij op zijn beurt mijn foto of mij in levenden lijve zoude zien, helemaal gek op mij zoude worden. Oh... een Duitse jongen...! Franse jongens waren niets; Nederlandse jongens zelden echt de moeite waard; en Engelse jongen kon, dat was waar, een troost in dit tranendal zijn; maar sommige duitse jongens... Als je een bepaalde soort Duitse jongen als liefdesvriend had, compleet met zjin slaafse, laffe stem en zijn tranen, dan had je alles, dan had je niets anders, neen zelfs geen vijand meer nodig...”)
Gerard Reve, da De vierde man (Il quarto uomo)
Comments